Een kunstwerk is voor mij niet een object dat ik in mijn atelier bedenk en dat later wel ergens een plaats zal vinden. Als ik niet weet door wie en op welke manier het gebruikt gaat worden vind ik het bijna onmogelijke een object te maken.
Ik kies daarom voor opdrachten waaraan eisen gesteld worden door gebruik of omgeving.
Dit vraagt meer inspanning om tot een goed eindresultaat te komen en maakt het proces voor mij interessanter.
Door op deze manier te werken is er geen ruimte voor niet terzake doende versieringen of oneigenlijk gebruik van materialen.
Het eindresultaat wordt een vorm die met minimale middelen het grootst mogelijk beeldend effect heeft. Het is door zijn eenvoud inzichtelijk.