Het werk van Carole Witteveen ontwikkelt zich rond ideeën en beelden van beslotenheid, herinneringen en kwetsbaarheid. Zij associeert deze beelden gewoonlijk met eenvoudige, menselijke handelingen; zoals lopen, zitten, vallen etc. Door de confrontatie van deze emotionele beelden met bewegingen en fysieke houdingen uit het dagelijkse leven, ontwikkelt zij het materiaal voor haar werk. Zij zoekt schoonheid in de verbeelding van het menselijk lichaam, de natuur, de herinnering en de dingen om haar heen, in de verfpersonificatie van een vrouw.
De titel ‘VERT(E)’ staat voor het verre, het verlangen en het oneindige waarin mysterieuze elementen besloten liggen. Maar VERT(E) is ook groen, het groen van de huid, het bronzen beeld; de patina. Hierdoor krijgt de vrouw een zweem van verstening, bevroren in haar ‘zijn’, in zichzelf gekeerd, zonder ogen, starend in de verte.